Ingezonden door: Rinus Groen
Wanneer ik niet weet wat bijvoorbeeld altijd kwaad in het Engels is type ik dat in op Google met de toevoeging Engels en ik zie always angry. Simpel, maar wat nu als ik opvliegend bedoelde of kort lontje? Die specificatie geeft iets meer betekenis.
Zo is het ook met interval, duurloop of wedstrijd. Voor de een is de intervaltraining een hel en de ander vindt het leuk. Waarschijnlijk zouden ze met iets meer specificatie een ander beeld hebben. Laatst sprak ik iemand van mijn leeftijd die al meer dan 4000 wedstrijden heeft gelopen in de helft van de tijd waarin ik er 2000 heb gedaan. Maar loop je dan ook nog een beetje leuke tijden vroeg ik. Ja hoor, zei hij trots, ik had pasgeleden 32 op de 5km. Voor mij dus een verschrikking, voor hem een funest moment.
Ooit werd de diagnose longembolie bij mij gesteld. Mag ik hardlopen vroeg ik aan de internist. Ja hoor, geen probleem. 6 weken niet zei de sportarts. Vanwaar dat verschil vroeg ik aan de sportarts. De internist kent je niet en ziet alleen een man van in de 60 en weet wat hardlopen voor hem als internist persoonlijk betekent, waarschijnlijk 1 keer per week 3 kilometer ontspannen joggen in het bos. Mijn beeld was 100km per week met veel interval en wedstrijden. Van de sportarts mocht ik vervolgens ook lopen, maar met een hartslag van maximaal 130. Bovendien mocht ik slechts 2 eenheden alcohol per dag. Diezelfde dag stuurde ik een foto waarop ik een literfles bier dronk en mijn broer een pijpje.
6 weken later liep ik weer voor het eerst een wedstrijd, 5km op de baan in Epe. Het ging heerlijk, eindelijk had ik weer lucht. Mijn zoontje zag alleen een man met een enorme grimas en was bang dat ik elk moment dood kon neervallen.
Gisteren had ik dus met een pupil van mij een discussie over omslagpunt. In zijn beleving moest je altijd je intervallen harder doen dan je omslagpunt. In mijn visie doe je het in je wedstrijdtempo, maar dan alleen met pauzes. Dus tel dat je 1500m in 6.00 kunt lopen dan loop je 5x300m in 1.12 met bijvoorbeeld 100m jog. Het lijkt heel verschillend dan met een omslagpunt werken maar is het niet. Bij een 1500m ga je maximaal en bereik je dus ook je omslagpunt. Het verschil met op tijd lopen is dat je er waarschijnlijk iets onder blijft.
Dan kom je ook op een punt dat niet iedereen hetzelfde is. Ik ken mensen die zijn heel snel geblesseerd, ongeacht wat ze doen en anderen die de meest gekke dingen doen en nooit iets mankeren. Ook hier zie je dus dat blind vertalen naar jezelf niet werkt.
Wat werkt dan wel? Mij persoonlijk heeft het altijd goed geholpen om alles vast te leggen. Wanneer ik een blessure heb kan ik zien wat ik de vorige keer gedaan heb, hoelang het duurde en zelf vaak waardoor het ontstaan is. Maatwerk.
Ook moet je veel met je trainer praten. Leg uit waarom je loopt, wat je beperkingen zijn fysiek, maatschappelijk etc. en ook waar je tegen aan loopt wanneer het niet goed gaat. Daar zijn trainers voor, een gids op jouw pad naar je doel. Maar trainers zijn ook maar mensen, dus waak ervoor dat de trainer jouw doel gaat bepalen. Wat dat betreft steek ik nog weleens de hand in eigen boezem door een veel grotere ambitie te hebben dan de pupil zelf.